De Bijbel zegt in Genesis 7:1-3: “Toen zei de HEER tegen Noach: ‘Ga de ark in, samen met je hele gezin, want Ik heb gezien dat jij als enige van deze generatie rechtschapen bent. Van alle reine dieren moet je zeven mannetjes en hun wijfjes meenemen, van de onreine dieren moet je er twee meenemen, een mannetje en zijn wijfje, en van de vogels weer zeven mannetjes en wijfjes, zodat alle dieren zich kunnen voortplanten op de aarde.’”  

NB: Rein en onrein betreft hier alleen nog dieren die geofferd konden worden. (Eten van vlees mocht toen nog niet.)

Spreuken 17:18 zegt: "Wie al te makkelijk een handslag geeft,

wie zomaar borg staat voor een ander, ontbreekt het aan verstand."

De opdracht aan de leerlingen was om het koninkrijk van de hemel te verkondigen met de woorden: "Het koninkrijk van de hemel is nabij."

De Bijbel zegt: "In wie ook u samen opgebouwd wordt tot een plaats waar God woont door zijn Geest."

De andere antwoorden geven ook aspecten aan van deze tempel, maar die is in de eerste plaats voor God bedoeld.