2783 actieve gebruikers Inloggen bestaande gebruiker Aanmelden nieuwe gebruiker Naar mobiele versie |
||||
![]() |
![]() |
![]() |
![]() |
Daniël bidt drie keer per dag met open vensters richting Jeruzalem. Al in de Bijbelboeken Koningen en Kronieken lezen we over dit bidden richting Jeruzalem.
Welke koning noemt dit al?
Als de bouw van de tempel klaar is, laat koning Salomo de ark van het verbond daarnaartoe overbrengen. Daarna volgt er een offerplechtigheid en spreekt Salomo een gebed uit in aanwezigheid van het verzamelde volk. In dat gebed noemt hij al het bidden richting Jeruzalem. Deze geschiedenis staat in 1 Koningen 8 en 2 Kronieken 5:2-7:10.
In Spreuken worden zeven dingen genoemd die God haat: hooghartige ogen, een tong die liegt, handen die onschuldig bloed vergieten, een hart dat op het kwade zint, voeten die zich naar de misdaad begeven en getuigen die bedriegen.
Het laatste wat genoemd wordt is: zij die stoken tussen ........ .
Spreuken 6:19 zegt dat God hen haat, die stoken tussen broers of, zoals een andere vertaling luidt: tussen broeders, waarbij dan meer gedacht kan worden aan gelovigen.
Elk van de ‘kleine profeten’ heeft een bepaald thema of rode draad. Welke profeet zou je ‘de profeet van de dag van de HEER’ kunnen noemen?
Het boek Joël telt vier hoofdstukken waarin vijf keer gesproken wordt van de dag van de HEER. Jona, Micha en Habakuk benoemen deze dag niet.
In de profetieën van Amos, Obadja, Sefanja, Zacharia en Maleachi komt de dag van de HEER ook aan de orde, maar niet zo veelvuldig als in Joël.
Als Petrus op het Pinksterfeest uitlegt dat het gebeurde een uitstorting is van de heilige Geest, verwijst hij naar een profetie.
Naar welke profeet verwijst hij?
Petrus verwijst naar de profeet Joël uit het Oude Testament.
© 2015 - Martin van Toll Producties |