De complete uitspraak is: “Deze zoon zal ons troost geven voor het werken en zwoegen dat ons deel is omdat de HEER het akkerland heeft vervloekt." Dit werd door Lamech gezegd bij de geboorte van zijn zoon Noach.

Ezechiël belandt door Gods geest in een dal vol beenderen. Hij moet tegen de beenderen profeteren, dat God zegt dat ze weer tot leven zullen komen. Er komen pezen aan en er komt vlees op, het geheel wordt overtrokken met huid en God geeft ze adem. Ezechiël ziet dat gebeuren en krijgt van God de uitleg dat dit over het volk Israël gaat, dat door God hersteld zal worden. 

Filippus gaat naar de stad Samaria. Zie Handelingen 8:5.

De Bijbel zegt: 'We schrijven u deze brief om onze vreugde volkomen te maken.' (1 Johannes 1:4).