Het volk Israël woont in het beloofde land Kanaän. De HEER verlost hen van hun vijanden door een rechter te sturen, zoals Gideon.
Wat is Gideon aan het doen als hij door een engel van de HEER wordt aangesproken?
Gideon dorst tarwe in een wijnpers, zodat de vijanden dit niet zullen ontdekken.
David is de schapen van zijn vader aan het hoeden als Samuel komt om hem tot koning over Israël te zalven.
In het Bijbelboek Spreuken wordt gesproken over het opvoeden van kinderen. In Spreuken 22 staat dat als een kind geneigd is tot onbezonnenheid, er een manier is om het daarvan te weerhouden.
Hoe?
"Kinderen zijn geneigd tot onbezonnenheid, de stok wijst ze terecht en weerhoudt ze ervan." zegt Spreuken 22:15.
Zie ook Spreuken 13:24.
De evangelist Johannes schrijft over grote feesten die in Israël werden gevierd in en bij de tempel, waaronder het Loofhuttenfeest.
Waar dachten de Israëlieten dan aan?
Het Loofhuttenfeest herinnerde de Israëlieten aan hun tocht door de woestijn. Daar moesten ze in tenten wonen. Tijdens de viering van het Loofhuttenfeest maakten ze 'tenten' van takken en bladeren.
Maria is uitgehuwelijkt aan Jozef. Ze zal straks met hem trouwen.
Van wie is Jozef een afstammeling?
De Bijbel zegt: "God zond de engel Gabriël naar een meisje dat was uitgehuwelijkt aan een man die Jozef heette, een afstammeling van David."